HET GEVAAR VAN ENQUETES
Op 16 september 2006 publiceerden de zakenkranten De Tijd en L’Echo een gezamenlijk uitgevoerde enquête over de mening van de “Vlaamse” en “Waalse” ondernemers over zeer communautaire thema’s zoals de staatshervorming van 2007 en de toekomst van België.
Wij weiden hier niet uit over wat “Vlaamse” of “Waalse” ondernemers juist zijn (wat met de Brusselse, Limburgse, Luxemburgse (van de provincie), tweetalige, buitenlandse ?) en evenmin over de vraag of ondernemers een representatief staal uitmaken van de Belgische bevolking – quod non uiteraard.
Nee, onze aandacht gaat naar de vraagstelling en vooral de (verkeerde) premisse die daaraan vooraf gaat.
Vlaams-nationalisten hebben immers de ziekelijke neiging om alles wat “Vlaams” is als superieur te beschouwen, vooral tegenover alles wat Franstalig of “Waals” is. Niet dat er veel Vlaams-nationalisten zijn, maar ze zijn wel goed ingeplant in de pers en de politiek en bestrijden dan ook met alle mogelijke argumenten de Belgische staat alsof het hier ging om de grootste mislukking uit de wereldgeschiedenis. Aangetast door een collectieve amnesie herinneren ze zich niets van de vijf eeuwen gezamenlijke geschiedenis van de Zuidelijke Nederlanden. De gedachte dat alle “Walen” lui en dom zouden zijn en alle “Vlamingen” intelligent en werklustig wordt dan ook verheven door menig vooraanstaand persoon tot een onweerlegbare mythe.
Ook onze “Vlaamse” bedrijfsleiders lijken ietwat aangetast door deze collectieve zinsverbijstering. Méér “Vlaamse” bevoegdheden betekent voor hen méér efficiëntie. Alsof taal en economie onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Ziehier dus een mooie verkeerde premisse om een opiniepeiling uit te voeren.
Bijgevolg antwoorden de ondernemers gretig positief (90%) op de vraag of “Vlaanderen” (wat dat ook mag zijn) meer sociaal-economische bevoegdheden moet krijgen. Volgens een andere recente enquête verkoos een grote meerderheid van de ondervraagde ondernemers dan wel de merknaam België…
Deze wil naar autonomie van bepaalde ondernemers is des te meer paradoxaal op een moment dat het aantal internationale bedrijvenfusies in volle opmars is. Zou het niet juist beter zijn deze schaalvergroting te volgen door de Europese en internationale wetgevingen beter op elkaar af te stemmen teneinde te vermijden dat het de multinationale bedrijven zijn die de staten gaan besturen, zoals ze het vandaag reeds gedeeltelijk doen? Bovendien zou een splitsing van onze sociaal-economische markt een loonstijging in het noorden van het land tot gevolg kunnen hebben, waar ieder zijn deel van de koek zou opeisen.
Rationaliteit moet men er niet achter zoeken want de vraagstelling is er louter op gericht om het “Vlaams-nationaal” (lees: feodaal en uiteindelijk anti-Europees) gevoelen van de bedrijfsleiders aan te wakkeren.
“Kleine landen zijn performanter dan grote”, zeggen de flaminganten. We hebben nog nooit zo’n goed argument voor het behoud van België gehoord. “Maar kleiner zou nog beter zijn.” Waar wacht men dan op om de onafhankelijkheid van de Stad Antwerpen uit te roepen? De enorme zeehaven zal er het Monaco van Noord-Europa van maken. Men kan zich ook afvragen waarom de West-Duitsers zich herenigd hebben met Oost-Duitsland, een land dat tevoren niet alleen heel arm, maar bovendien communistisch. Waarschijnlijk is de Vlaams-nationale elite een stuk slimmer…
Natuurlijk vinden we in deze enquête geen woord terug over de echte problemen van de Belgische politiek: de ingewikkelde en zeer dure staatsstructuur met zes parlementen en zes regeringen en het gebrek aan media-aandacht ten voordele van nieuwe partijen die het willen opnemen tegen het oligopolie van de particratie. Wat verkijken die slimme bedrijfsleiders zich graag op wat TV-Bourgeois ons biedt. Eigenlijk is het nog een wonder dat “Vlaamse” onafhankelijkheid, tot grote ergernis van de “rechtgeaarde” flamingant, zelfs bij de bedrijfsleiders geen meerderheid haalt. Zou het 176-jarige oude België dan toch sterker zijn dan gedacht ?
Wij herhalen hier terloops dat een eigen enquête van de B.U.B. uitgevoerd in de lente van dit jaar heeft uitgewezen dat 70% van de Leuvenaars een unitair België wel zien zitten. En in onze enquête was separatisme ook een optie. Maar wat de Belg eigenlijk denkt over de toekomst van zijn land, interesseert onze Vlaams- en Waals-nationale media niet echt…
LE DANGER DES ENQUETES
Le 16 septembre 2006, les journaux économiques L’Echo et De Tijd ont publié une enquête qu’ils ont menée ensemble sur l’opinion des entrepreneurs “flamands” et “wallons” sur des thèmes hautement “communautaires” comme la réforme de l’Etat de 2007 et l’avenir de la Belgique.
Nous n’entendons pas épiloguer sur ce que représentent en fait les entrepreneurs « flamands » et « wallons » (comprennent-ils les entrepreneurs bruxellois, limbourgeois, luxembourgeois (de la province), bilingues, étrangers travaillant en Belgique ?), ni même sur la question de savoir si les entrepreneurs forment un échantillon représentatif de la population belge – quod non évidemment.
Notre attention se porte en revanche sur la nature des questions posées et surtout sur la (fausse) prémisse qui les précède.
Les nationalistes flamands ont en effet la fâcheuse habitude de considérer tout ce qui est “flamand” comme supérieur, surtout par rapport à ce qui est francophone ou “wallon”. Ce n’est pas qu’il existe beaucoup de nationalistes flamands, mais ils sont bien implantés dans la presse et la politique et ils combattent l’Etat belge de tous les moyens possibles comme s’il s’agissait du plus grand échec de l’Histoire mondiale. Frappés d’amnésie collective, ils ne se souviennent pas des cinq siècles d’histoire commune des Pays-Bas méridionaux. La pensée que tous les “Wallons” seraient paresseux et stupides et tous les “Flamands” intelligents et zélés est affichée par certains personnages haut placés comme un mythe irréfutable.
Aussi nos entrepreneurs « flamands » semblent-ils quelque peu atteints de cette hallucination collective. Plus de compétences « flamandes » signifie pour eux plus d’efficacité. Comme si la langue et l’économie étaient indissolublement liées entre elles. Voilà, une belle fausse prémisse pour mener une enquête.
Par conséquent, les entrepreneurs répondent volontiers positivement (90%) à la question de savoir si la “Flandre” (la communauté, la région, les provinces occidentales?) doit obtenir davantage de compétences socio-économiques. Selon une autre enquête récente, la majorité des entrepreneurs interrogés préfèrerait au contraire le nom de marque « Belgique »…
Cette volonté autonomiste de certains entrepreneurs est d’autant plus paradoxale à un moment où le nombre de fusions internationales d’entreprises est en hausse constante. Ne faudrait-il pas plutôt suivre ce mouvement expansionniste en rapprochant les législations européennes et internationales afin d’éviter que ce soient les multinationales qui vont gérer les Etats, comme elles le font déjà partiellement à l’heure actuelle ? De plus, une scission de notre marché socio-économique pourrait entraîner une hausse des salaires dans le nord du pays où chacun exigerait sa part du gâteau.
Il ne faut pas y chercher une quelconque rationalité car le questionnaire a simplement pour but d’attiser le sentiment « flamingant » (lisez : féodal et finalement anti-européen) des entrepreneurs. « Les petits pays sont plus performants que les grands », disent les flamingants. Nous n’avions pas encore entendu un si bon argument en faveur du maintien de la Belgique. « Mais plus petit serait encore mieux. » Qu’attend-on alors pour octroyer l’indépendance à la Ville d’Anvers ? L’énorme port maritime en fera le Monaco de l’Europe du Nord. On peut aussi se demander pourquoi les Allemands de l’Ouest se sont réunifiés avec l’ex-RDA, un pays qui était jadis non seulement pauvre, mais en outre communiste. L’élite flamingante est sans doute beaucoup plus intelligente…
Bien-sûr, nous ne retrouvons rien dans cette enquête sur les vrais problèmes de la politique belge : la structure étatique compliquée et chèrissime avec ses six parlements et six gouvernements et le manque d’accès aux médias au profit des nouveaux partis qui veulent affronter l’oligopole de la particratie. En fait, il est encore un miracle de constater que l’indépendance “flamande” n’obtient même pas une majorité auprès des entrepreneurs “flamands”. La Belgique, qui a déjà 176 ans, serait-elle plus forte que l’on pensait?
Par ailleurs, nous répétons ici qu’une autre enquête menée par le B.U.B. au printemps de cette année a démontré que 70% des habitants de Leuven ne sont pas opposés à une Belgique unitaire. Et dans notre enquête, le séparatisme était aussi une option. Toutefois, ce que pensent les Belges sur l’avenir de leur pays, n’intéresse guère nos médias flamingant et wallingant…