REFORME DE L’ETAT 11: LA SECURITE SOCIALE
Après nos textes concernant la sixième “réforme” de l’Etat et le marché de l’emploi et la mobilité, nous étudierons la sécurité sociale.
Jusqu’à l’heure actuelle, la sécurité sociale était une compétence qui fut presque totalement gérée par le gouvernement fédéral. Ni les partis francophones, ni les syndicats, ni les mutualités, ni les partis néerlandophones “gauchistes”, ni même l’aile ACW/ACV du CD&V furent demandeurs d’une scission totale ou partielle de la sécurité sociale. Ils y étaient même farouchement opposés.
Néanmoins, ils ont renié leurs principes parce que dans la réforme de l’Etat actuelle pas moins de 70% des transferts de moyens concernent la sécurité sociale. Bien entendu, la particratie et sa presse, afin d’éviter un suicide politique, ne l’ont pas crié sur tous les toits.
Ci-dessous le budget actuel de la sécurité sociale[1]:
• 26 milliards d’euros pour les soins de santé (frais de médecin et d’hospitalisation) (réduit à 22 milliards d’euros)
• 7 milliards d’euros pour les indemnités d’assurance en cas de maladie ou d’invalidité (ce poste restera intact)
• 34 milliards d’euros pour les pensions (idem)
• 9 milliards d’euros pour les allocations de chômage (bien que l’Etat belge continue à payer toutes les allocations de chômage, les régions deviendront compétentes pour 2 milliards d’euros en cette matière étant entendu que l’Etat fédéral reste l’opérateur technique et administratif)
• 6 milliards d’euros pour les allocations familiales (défédéralisation complète)
• 10 milliards d’euros pour divers coûts de travail (accidents de travail, maladies professionnelles…) (ce poste restera intact).
Or, du budget des soins de santé, 4 milliards d’euros seront transférés. L’entièreté de la politique familiale (6 milliards d’euros) sera également défédéralisée. A travers les défédéralisations qui touchent à la politique d’emploi (ONEM et ONSS)[2], environ 2 milliards d’euros seront scindés. Bref, sur base des chiffres ci-dessus, 13% de la sécurité sociale sera scindée. Selon d’autres sources, qui situent le budget national actuel à un niveau moins élevé, presque 1/5e de la sécurité sociale serait scindé[3].
L’AK-VSZ[4], une organisation flamingante, qui avait jeté la note de formation du premier ministre actuel aux oubliettes, estimant que celle-ci n’allait pas assez loin, notait de façon satisfaite à ce sujet: “L’ensemble du budget cité et le contenu constituent […] un pas presque irréversible vers le transfert total des soins de santé vers les entités fédérées”[5].
Ci-dessous vous trouverez déjà un aperçu succinct des “défédéralisations’ asociales qui vont de pair avec les scissions budgétaires:
– La gériatrie résidentielle
– Des parties des soins de santé préventifs
– Des parties de la politique hospitalière
– Les soi-disant “soins de santé de première ligne”
– Certains conventions de revalidation
– Les allocations familiales
– Quelques compétences “plus réduites”
Il s’agit d’une tromperie scandaleuse et antibelge de la part de la particratie qui souhaite néanmoins autant que possible passer sous silence cette honte afin de ne pas compromettre son avenir politique. Mais le B.U.B. connaît la vérité. Dans les prochains articles on analysera les scissions de façon systématique.
[1] Comme cité en séance plénière de la Chambre de Représentants du 27.11.13.
[2] Voir notre texte là-dessus.
[3] Selon Lode Vereeck (LDD), le budget actuel de la sécurité sociale s’élève à 80 milliards d’euros. Après la sixième réforme de l’Etat 65,5 milliards d’euros resteraient fédéraux, c.a.d. 81%, voir “De geldstromen in België”, HBVL, 6 april 2013.
[4] Aktie Komitee Vlaamse sociale zekerheid.
[5] “Elio Di Rupo zit er met zijn nota bijna volledig naast”, 28 juillet 2011, accessible sur www.ovv.be
STAATSHERVORMING 11: DE SOCIALE ZEKERHEID
Na onze teksten m.b.t. de zesde “staatshervorming” en meerbepaald de arbeidsmarkt en mobiliteit, gaan we nu in op de sociale zekerheid.
Tot op heden was de sociale zekerheid zo goed als volledig een federale bevoegdheid. Noch de Franstalige partijen, noch de vakbonden, noch de mutualiteiten, noch de “linkse” Nederlandstalige partijen en zelfs de ACW/ACV-vleugel van CD&V waren vragende partij voor een gehele of gedeeltelijke opsplitsing van de sociale zekerheid. Ze waren er zelfs fel tegen gekant.
Ze verzaakten aan hun principes, want in de huidige staatshervorming bevindt de overdracht van middelen zich voor liefst 70% in de sociale zekerheid. De particratie en haar pers hebben dit natuurlijk niet van de daken geschreeuwd. Dat zou politieke zelfmoord betekend hebben.
Dit is het huidige budget van de sociale zekerheid[1]:
• 26 miljard euro voor gezondheidszorgen (dokters- en hospitalisatiekosten) (dit wordt naar 22 miljard euro teruggebracht)
• 7 miljard euro aan ziekte- en invaliditeitsuitkeringen (dit blijft ongewijzigd)
• 34 miljard euro aan pensioenen, (idem)
• 9 miljard euro aan werkloosheidsvergoedingen (hoewel de Belgische staat alle werkloosheidsvergoedingen blijft uitkeren, verkrijgen de gewesten hier wel bevoegdheid over 2 miljard euro, met dien verstande dat de federale staat technisch-administratief operator blijft)
• 6 miljard euro aan kinderbijslagen (volledige defederalisering)
• 10 miljard euro aan diverse werkingskosten (arbeidsongevallen, beroepsziekten…) (dit blijft ongewijzigd)
Welnu, uit het budget van de gezondheidszorgen wordt 4 miljard euro overgeheveld. Ook het hele gezinsbeleid (6 miljard euro) wordt gedefederaliseerd. Via de defederaliseringen die aan de arbeidsmarkt raken (RVA en RSZ)[2], wordt nog eens zo’n 2 miljard euro gesplitst. Kortom, op basis van bovenstaande cijfers, wordt 13% van de sociale zekerheid gesplitst. Volgens anderen, die het huidige rijksbudget lager schatten, wordt bijna 1/5de van de sociale zekerheid gesplitst[3].
Het Vlaams-nationalistische AK-VSZ[4], dat de formateursnota van de huidige premier naar de prullenmand verwees, wegens niet ver genoeg gaand, tekende hieromtrent tevreden op: “Genoemd budget en inhoud samen zijn […] een zo goed als onomkeerbare stap in de totale overheveling van de gezondheidszorg naar de deelstaten”[5].
Hieronder vindt u alvast een bondig overzicht van de asociale “defederaliseringen” die met de budgettaire splitsingen gepaard gaan:
– Delen van de preventieve gezondheidszorgen
– De residentiële geriatrie
– Delen van het ziekenhuisbeleid
– De zogenaamde “eerstelijnsgezondheidszorgen”
– Bepaalde revalidatie-overeenkomsten
– De gezinsbijslagen
– Enkele “kleinere” bevoegheden
Dit is een schandalig en anti-Belgisch kiezersbedrog van de particratie, die deze schande echter zoveel mogelijk wenst te verzwijgen om haar politieke toekomst niet in het gedrang te brengen. Bij de B.U.B. weten we wel beter. In de volgende artikels gaan we systematisch na wat er wordt gesplitst.
[1] Zoals geciteerd in de plenaire vergadering van de Kamer van Volksvertegenwoordigers d.d. 27.11.13.
[2] Zie onze tekst daarover.
[3] Volgens Lode Vereeck (LDD) bedraagt het huidige budget van de sociale zekerheid 80 miljard euro. Na de zesde staatshervorming zou nog 65,5 miljard euro federaal blijven, of 81%, zie “De geldstromen in België”, HBVL, 6 april 2013.
[4] Aktie Komitee Vlaamse sociale zekerheid.
[5] “Elio Di Rupo zit er met zijn nota bijna volledig naast”, 28 juli 2011, raadpleegbaar op www.ovv.be
