N-VA WEET HET OOK NIET MEER
Op 31 augustus 2013 verklaarde Siegfried Bracke, één van de leidende figuren van de separatistische partij N-VA, dat een zevende (!) staatshervorming – of eigenlijk staatsvorming – niet noodzakelijk was om de volgende federale regering te vormen na de verkiezingen van 2014. Hij werd de volgende dag door zijn partij teruggefloten.
Het klonk als een opluchting voor 90% van de Belgen: de N-VA, bij monde van Siegfried Bracke, zei in een interview in De Standaard dat zijn partij voorrang zou geven aan de sociaal-economische problemen en dat het confederalisme – dat de partij nota bene nog niet eens heeft kunnen definiëren (hoewel ze er in 2010 mee naar de verkiezingen trok!) – nog niet voor morgen zou zijn. Dat was een serieuze ommekeer: in 2012 verklaarde Bart De Wever, de voorzitter van de N-VA, nog dat zijn partij de Belgische grondwet naast zich zou neerleggen om het confederalisme te realiseren.
Maar het mocht niet zijn. Op 1 september floot de voorzitter van Brackes partij zijn luitenant zwaar terug. Hij was “stout” geweest en moest zijn verontschuldigingen aan de partij aanbieden.
Niettemin is het een teken aan de wand: de “gematigde” Vlaams-nationalisten beginnen te voelen dat hun ideologie achterlijk en voorbijgestreefd is. De Noord-Belgische jeugd heeft zich van het flamingantisme afgekeerd. Het is niet meer nodig omdat het Nederlands in België voldoende beschermd is (de “definitieve” taalgrens bestaat op 1 september 2013 trouwens 50 jaar) en de bedreiging – als er één is – meer komt van het Engels dan van het Frans. De “Vlaamse” strijd (sic) is gestreden. Bovendien is de N-VA intern verdeeld, wat altijd een nadeel is bij het overtuigen van kiezers. Ook weet de N-VA zelf niet wat ze met confederalisme bedoelt. Het congres dat deze term moet definiëren wordt pas in januari 2014 gehouden. Ondertussen gebruikt de partij een notie waarvan ze zelf niet eens weet wat ze inhoudt. Kan het nog ongeloofwaardiger?
Nochtans is aanmodderen met het huidige federale systeem ook geen optie op lange termijn. De enige uitweg uit het institutionele doolhof vindt u bij de B.U.B.: het unitaire België met één regering en één parlement op basis van de negen historische provincies. Draai en keer het zoals u wil: u zal altijd op deze oplossing uitkomen als u de mening van het overgrote deel van de Belgen wil respecteren: het behoud van België, dat als het even kan ook nog eens goed werkt.
MEME LA N-VA NE LE SAIT PLUS
Le 31 août 2013, Siegfried Bracke, une des figures de proue du parti séparatiste N-VA, déclara qu’une septième ( !) réforme de l’Etat ) – ou à vrai dire la formation d’un Etat – ne serait pas nécessaire pour former un nouveau gouvernement fédéral après les élections de 2014. Le lendemain, son parti l’a rappelé à l’ordre.
C’était comme un soulagement pour 90% des Belges : la N-VA, via son porte-parole Siegfried Bracke, disait dans une interview dans De Standaard que son parti donnerait priorité aux problèmes socio-économiques et que le confédéralisme – que le parti n’a pourtant toujours pas pu définir (bien que le parti ait inscrit ce point dans son programme pour le scrutin de 2010) – ne serait pas encore pour demain. C’était un fameux revirement : en 2012, Bart De Wever, le président de la N-VA, soutenait encore que son parti écarterait la constitution belge pour réaliser le confédéralisme.
Mais, l’espoir fut en vain. Le 1er septembre, le président du parti de Bracke a sérieusement rappelé à l’ordre son lieutenant. Il a été « méchant » et devait offrir ses excuses au parti.
Néanmoins, cet incident est un signe précurseur du fait que les nationalistes flamingants « modérés » commencent à sentir que leur idéologie est arriérée et obsolète. La jeunesse du nord de la Belgique a tourné le dos au flamingantisme, qui n’est plus nécessaire parce que le néerlandais est suffisamment protégé en Belgique (le 1er septembre 2013, la frontière linguistique “définitive” existe d’ailleurs depuis cinquante ans) et que la menace – s’il y en a une – de l’anglais est plus grande que celle du français. La lutte « flamande » (sic) est terminée. La N-VA se montre aussi comme un parti divisé, ce qui est toujours un inconvénient lorsqu’il s’agit de convaincre les électeurs. En outre, la N-VA elle-même ne sait pas ce que signifie le confédéralisme. Le congrès qui devrait définir ce terme ne serait tenu qu’en janvier 2014. Entretemps, le parti utilise une notion dont elle ne sait pas la signification. Cela manque cruellement de crédibilité.
Néanmoins, il ne sert à rien de prolonger le marasme fédéraliste actuel. La seule issue du labyrinthe institutionnel, vous la trouvez chez le B.U.B. : la Belgique unitaire avec un seul gouvernement et un seul parlement sur la base des neuf provinces historiques. Quelle soit votre piste de réflexion, si vous tenez compte de l’opinion de la majeure partie des Belges, c’est-à-dire le maintien de la Belgique, qui en plus, si possible, fonctionne efficacement, vous arriverez toujours à la même solution.