ZET DE ONDERHANDELINGEN STOP EN DOE VOORLOPIG VERDER MET DE LOPENDE ZAKEN
De “onderhandelaars”, die meer dan 400 dagen collaboreerden met de neo-fascistische N-VA, een partij die België openlijk wil vernietigen, werken sedert iets meer dan een maand aan een regering zonder de N-VA. Let op: het gaat wel om een regering mét het programma van de N-VA. Ze doen dit achter gesloten deuren, ver weg van alle parlementaire controle, laat staan van volksraadplegingen. Een militaire junta zou het niet beter doen.
Daarbij komen steeds opnieuw drie dingen terug: (1) de staatshervorming (2) de financieringswet (3) BHV.
STAATSHERVORMING
Zoals de B.U.B. sedert jaren betoogt, is de “staatshervorming” een eufemisme voor staatsafbraak. We citeren in dat verband graag een onverdachte bron, met name Bart Haeck, redacteur van De Tijd (3.09.11), wanneer hij het heeft over de “gevoelige hoofdstukken” in de onderhandelingen. Eén ervan zijn, zo Haeck, “de nieuwe bevoegdheden”. En de redacteur vervolgt: ”vrij vertaald: hoe verregaand ontmantelen we het federale België”. Heel verregaand, als het van wallingant Di Rupo (PS) afhangt: zijn nota voorziet in de splitsing van tientallen Belgische bevoegdheden en schaft als kers op de taart de Senaat af.
Als de onderhandelingen mislukken, vindt hij dat we over het einde van België moeten spreken (DM, 31.08.11). De Belgen krijgen dus de keuze: het einde van België in stappen – door “staatshervormingen” – of in één klap. En zeggen dat er nog naïevelingen rondlopen, die denken dat een “staatshervorming” of een “nieuwe regering” nodig zijn. Een “nieuwe regering” om België’s doodskist te bewaken, misschien?
FINANCIERINGSWET
De financieringswet gaat over de eigen inkomsten van de gewesten en de gemeenschappen. Vandaag bedragen die, via de personenbelasting, 6,75%. Indien de nota-Di Rupo uitgevoerd wordt, wordt dat bedrag in één klap meer dan verviervoudigd. Bovendien zou ook een bres geslagen worden in de (nu nog federale) vennootschapsbelasting. Zo kunnen de Belgische gewesten elkaar beconcurreren en samen de staat – of wat er nog van overblijft – verder destabiliseren.
BRUSSEL-HALLE-VILVOORDE (BHV)
Het meest gevoelige dossier is echter BHV. In een langere tekst is onze partij hier al op ingegaan, maar hier herhalen we de krachtlijnen. BHV is een kies- en gerechtelijk arrondissement dat in twee gewesten ligt: het Brussels en het Vlaams. Zodoende kunnen vandaag de kiezers van Halle-Vilvoorde voor wat de Kamer, Senaat en Europese verkiezingen betreft, voor Brusselaars stemmen en Brusselaars voor inwoners van Halle-Vilvoorde. Nergens in de wet staat dat kieskringen met gewestgrenzen moeten samenvallen. De kieskring BHV is niet, zoals velen denken, opgericht bij de vastlegging van de taalgrens in 1962-1963, maar wel al in 1894. Het is maar sedert de jaren 1960 dat het bestaan van het kiesarrondissement door de flaminganten betwist wordt.
De Vlaams-nationale sekte – want het gaat altijd over een klein aantal extremisten – streeft immers naar twee zaken: 1. de vernietiging van België 2. etnische zuiverheid van het “Vlaamse” territorium. Alles wat tweetalig is, moet derhalve kapot gemaakt worden. Bovendien menen ze dat Brussel, na een splitsing van BHV, als een enclave in “Vlaanderen” geen andere optie meer zal hebben dan zich bij hun republiekje aan te sluiten. In 1994 al oordeelde het Arbitragehof (vandaag: Grondwettelijk Hof) dat de kieskring BHV niet ongrondwettelijk is, maar gerechtvaardigd kan zijn door bekommernissen, die te maken hebben met communautaire evenwichten. In 2002 werd echter beslist dat België, voor wat de Kamer betrof, in provinciale kieskringen ingedeeld zou worden. Daarbij vormden alle provincies één kieskring, behalve Vlaams-Brabant, waar de kantons BHV en Leuven bleven bestaan.
In mei 2003 oordeelde het Arbitragehof dat voor deze problematiek (de verschillende situatie in behandeling van de provincies) een oplossing moest gevonden worden. Het vernietigde de kieswetgeving niet, maar liet de eindbeslissing aan de federale wetgever over. Zoveel weten we dus al: de problematiek aangaande BHV, zoals die door het arbitragehof werd behandeld, gaat niét over de kieskring in de Senaat, niet over de kieskring voor wat de Europese verkiezingen betreft en al helemaal niet over het gerechtelijk arrondissement. Noch het Grondwettelijk Hof, noch het Vlaams parlement zijn terzake bevoegd, enkel de federale Kamer en Senaat. Zowel in 2003 als in 2007 en 2010 werden in BHV verkiezingen georganiseerd, die door zowel de Kamer als de Senaat goedgekeurd werden. Nochtans hadden de Vlaams-nationalisten via hun onophoudelijke propagandamolen honderden malen uitgeschreeuwd dat “zonder een splitsing van BHV er geen verkiezingen meer georganiseerd konden worden”. Ernstige politicologen en journalisten namen dit over en verkondigden zelfs dat het Arbitragehof “bevolen” had dat de kieskring gesplitst moest worden. Dat de verkiezingen geldig verklaard werden, betekende nochtans dat de wetgever het argument van het Hof uit 1994 op een stilzwijgende manier hernam. Overigens had men dat ook zo kunnen expliciteren of had men terug naar arrondissementele kieskringen kunnen gaan. Beter zou echter zijn de provincie Brabant eindelijk te herenigen, los van het zogenaamde Vlaanderen en Wallonië, waar het historisch gezien overigens niets mee te maken heeft.
In een haast ziekelijke drang om hun Vlaams-nationalistische broodheren te behagen en enkele ministerportefeuilles in een Belgische regering die niets meer zou te zeggen hebben te verwerven, gingen het CDH, de PS en Ecolo plat op de buik voor de Vlaams-nationale eisen. BHV wordt, volgens de nota Di Rupo, gesplitst voor elk niveau met als minuscule compensatie de herfinanciering van Brussel (die de Vlaams-nationalisten nota bene als hun eigen hoofdstad aanzien!) en een inschrijvingsrecht voor de Franstaligen in de zes faciliteitengemeenten rondom de hoofdstad, waar ze een meerderheid van 60 à 85% uitmaken. Uiteraard zouden die “verworven rechten” tijdens een volgende staatshervorming sneuvelen, maar CDH-PS-Ecolo, “les demandeurs de rien”, die een paar jaar geleden nog plechtig zwoeren nooit één onderdeel van de sociale zekerheid te splitsen (in de nota Di Rupo worden de kinderbijslagen en 15% van de gezondheidszorgen gesplitst), worden niet gehinderd door een geheugen of een langetermijnvisie. De Franstalige inwoners in de faciliteitengemeenten zouden zich “slechts” om de zes jaar moeten melden om hun documenten in het Frans te verkrijgen. De taalracistische en discriminerende pesterij bleef dus bestaan, zij het wat meer verspreid in de tijd. Andere « borrelnootjes » die Di Rupo voorstelde aan de franstaligen waren een metropolitane gemeenschap rond Brussel (in de praktijk een lege doos) en een eventuele tussenkomst van het Grondwettelijk Hof (of, volgens de laatste berichten de tweetalige Raad van State) bij problemen inzake de benoeming van de burgemeesters in de rand (vandaag een exclusieve bevoegdheid van de “Vlaamse” “regering”, lees de Vlaams-nationale sekte).
UNITARISTISCHE « BORRELNOOTJES »
In de nota Di Rupo stond voorts ook nog dat het zgn. Minderhedenverdrag “zou” kunnen goedgekeurd worden (terwijl dit nochtans een eis is van de E.U. voor elke nieuwe lidstaat), dat het racistische verbod op tweetalige lijsten in Brussel bij de (overbodige) regionale verkiezingen afgeschaft zou worden en dat er voor amper tien volksvertegenwoordigers (op 150 !) een federale kieskring zou komen. Na de zoveelste knieval van Di Rupo vóór de Vlaams-nationalisten op 21 juli 2011 (kan het cynischer?) verdwenen deze drie laatste punten minstens voorlopig van de onderhandelingstafel.
Het was de prijs die de socialist bereid was te betalen om wél met cryptoseparatist Wouter Beke, maar zonder de neo-fascistische erfgenaam van de collaboratie Bart De Wever te onderhandelen. Daarvoor waren hij en zijn satellietpartijen bereid om hun eigen kiespubliek in de Rand (150.000 Franstaligen) en de toekomst van de Belgische staat op de helling te zetten. Want BHV is de laatste meertalige brug in het ge(con)federaliseerde België. Diegenen die vandaag bereid zijn BHV te splitsen, splitsten gisteren Brabant, morgen de sociale zekerheid en overmorgen België.
Dit alles wordt door de onderhandelaars onder de hypocriete noemer van de « modernisering” van het federalisme geplaatst. In feite gaat het om een terugkeer naar de feodaliteit. Minstens zouden de politici het lef moeten hebben dit ook te zeggen, net zoals ze eens dringend moeten uitleggen hoeveel die nieuwe splitsingen weeral gaan kosten. Het overheidsbeslag in België is te hoog, maar de politici verergeren alleen maar de situatie als kippen zonder kop.
BESLUIT
De B.U.B. meent dat dit walgelijk schouwspel – dat alles weg heeft van een door een groepje Vlaams-nationalisten geleide verdoken staatsgreep – onmiddellijk moet stopgezet worden. Het is volstrekt zinloos: voor de flamingantische sekte gaat zelfs deze staatsafbraak niet ver genoeg en wordt de zevende (en laatste) staats(her)vorming al voorbereid. Voor de Belgen valt hier niets, maar dan ook niets positiefs uit te halen. Bovendien is deze miserabele schertsvertoning alleszins tot falen gedoemd, al was het maar omdat MR-FDF (de grootste partij in BHV) nooit een akkoord kan aanvaarden dat de Franstaligen in de Rand een jaar vóór de gemeenteraadsverkiezingen uitverkoopt.
Het is niet waar dat een mislukking van deze pre-separatistische onderhandelingen tot de chaos leidt. Integendeel zelfs ! Zelfs de N-VA wil bij monde van Siegfried Bracke (06.09.2011) geen vervroegde verkiezingen omdat de gespannen internationale financiële en economische toestand dat niet toelaat. De Vlaams-nationalisten weten immers maar al te goed dat als België failliet gaat, het Vlaams gewest ook failliet gaat en België onder Europees en internationaal dictaat zal staan.
Chaos zou dus een Pyrrhus-overwinning zijn voor de Vlaams-nationalisten. Als er toch verder onderhandeld wordt, dan moeten de Franstalige partijen, onder de bezielende leiding van Maingain en het FDF, maar de uitbreiding van het Brussels gewest en van de Franse gemeenschap over een substantieel deel van BHV als voorwaarde om elk gesprek verder te zetten op tafel leggen. De B.U.B. wenst die niet, maar we zijn dit circus beu. Er is al meer dan genoeg toegegeven aan de Vlaams-nationale sekte. België moet terug unitair en tweetalig worden op basis van de negen historische provincies, wat de hereniging van Brabant inhoudt. Indien nodig kan men hierover een referendum of volksraadpleging houden. Alle andere oplossingen zijn gedoemd te mislukken.
CESSEZ LES NEGOCIATIONS ET CONTINUEZ POUR L’INSTANT AVEC LE GOUVERNEMENT EN AFFAIRES COURANTES
Les “négociateurs” qui ont collaboré pendant plus de 400 jours avec la N-VA, un parti néo-fasciste qui a comme but la destruction de la Belgique, essaient depuis deux mois de former un gouvernement sans la N-VA. Mais attention: la base des discussions reste le programme de la N-VA. Ils effectuent leur travail à huis clos, éloigné de chaque contrôle parlementaire et a fortiori sans consultation populaire. Une junte militaire ne le ferait pas mieux.
Or, à chaque reprise trois thèmes reviennent sur la table: (1) la réforme de l’Etat (2) la loi de financement et (3) BHV.
LA REFORME DE L’ETAT
Comme le B.U.B. l’énonce depuis des années, la “réforme de l’Etat” est, en réalité, une destruction de l’Etat qui ne dit pas son nom. Afin de l’illustrer, citons une source non suspecte, notamment Bart Haeck, rédacteur du quotidien De Tijd (3.09.11). Haeck évoque les “chapitres sensibles” des négociations, dont un concerne “les nouveaux transferts de compétences”. Le rédacteur y précise: “librement traduit: dans quelle mesure va-t-on détricoter la Belgique fédérale?”. Si cela dépend du wallingant Di Rupo (PS) de façon radicale : sa note prévoit la scission de quelques dizaines de compétences fédérales et abolit le Sénat – comme cerise sur le gâteau.
Si les négociations échouent, il faudra parler, selon Di Rupo, de la fin de la Belgique (DM, 31.08.11). Les Belges ont désormais le choix: soit la fin de la Belgique en étapes – par le biais des “réformes de l’Etat” – soit la fin immédiate du pays. Et dire qu’il y a encore des naïfs qui pensent qu’une “réforme de l’Etat” ou “un nouveau gouvernement” soient nécessaires. Un “nouveau gouvernement” pour surveiller le cercueil de la Belgique, peut-être?
LOI DE FINANCEMENT
La loi de financement concerne les recettes des régions et communautés. Aujourd’hui, celles-ci s’élèvent à 6,75% de l’IPP. Si la note Di Rupo est exécutée, ce montant sera plus que quadruplé du jour au lendemain. En outre, l’impôt sur les sociétés, aujourd’hui encore une compétence fédérale, serait partiellement régionalisé. De cette façon, les régions belges pourraient se faire concurrence et déstabiliser ensemble l’Etat belge – ou ce qu’il en reste.
BRUXELLES-HAL-VILVORDE (BHV)
Sans doute le dossier BHV est-il le plus sensible de tous. Par un texte détaillé notre parti a déjà traité du sujet. Esquissons ici à nouveau les grandes lignes. BHV est un arrondissement électoral et judiciaire, qui se situe en deux régions (la région bruxelloise et la région flamande). Ainsi, les électeurs qui résident aujourd’hui à Hal-Vilvorde peuvent voter pour l’élection de la Chambre de Représentants, du Sénat et du parlement européen pour des Bruxellois, tout comme ceux-ci ont la possibilité de voter pour des candidats de Hal-Vilvorde. Aucune loi ne stipule que les frontières des arrondissements électoraux doivent coïncider avec les frontières régionales. De plus, la circonscription de BHV n’a pas été instaurée, comme beaucoup le pensent, lors de la fixation de la frontière linguistique en 1962-1963. Elle date de 1894. Son existence n’est contestée par les flamingants que depuis les années 1960.
La secte flamingante – car il s’agit toujours de quelques extrémistes – prône en effet deux objectifs: 1. la destruction de la Belgique 2. la purification ethnique du territoire “flamand”. Voilà la raison pour laquelle tout ce qui est bilingue doit être détruit. De plus, les nationalistes estiment qu’après la scission de BHV, Bruxelles n’aurait plus d’autre option que de se rattacher à leur petite république. Déjà en 1994, la Cour d’arbitrage (aujourd’hui la Cour constitutionnelle) jugeait que l’existence de BHV ne viole pas la Constitution: la circonscription peut être justifiée par des motifs liés à l’équilibre communautaire. Toutefois, en 2002 la Belgique fut divisée, pour l’élection de la Chambre en circonscriptions provinciales. Dès lors, toutes les provinces formaient une seule circonscription, excepté le Brabant flamand et Bruxelles où deux cantons, c’est-à-dire BHV et Louvain, coexistaient.
En mai 2003, la Cour d’arbitrage considérait qu’il fallait trouver une solution à la problématique de la différence de traitement entre les provinces. Elle n’annulait pas la loi électorale, mais abandonnait la décision au législateur fédéral. Or, on sait que l’arrêt de la Cour ne concerne que les élections de la Chambre des représentants, non celles du Sénat ni celles du Parlement européen et encore moins l’arrondissement judiciaire de BHV. Ni la Cour constitutionelle, ni le Parlement flamand sont compétents en la matière, mais seulement la Chambre et le Sénat fédéral. En 2003, 2007 et 2010, des élections fédérales ont eu lieu dans l’arrondissement de BHV et ont été approuvées par la Chambre et le Sénat. Pourtant, les nationalistes flamands avaient crié des centaines de fois que les élections “ne pouvaient être organisées sans scission de BHV”. Des experts éminents en sciences politiques et des journalistes reprirent cette thèse en déclarant même ouvertement que la Cour d’Arbitrage avait “ordonné” la scission de l’arrondissement électoral. Le fait que les élections aient été déclarés valables signifiait néanmoins que le législateur s’était fondé, de façon tacite, sur les arguments de la Cour de 1994. Il suffit de le confirmer explicitement ou de retourner aux circonscriptions par arrondissement. Encore mieux serait-il de réunifier enfin la province du Brabant en l’affranchissant de la soi-disant Flandre et de la soi-disant Wallonie, avec lesquelles elle n’a rien à voir d’un point de vue historique.
Animés par un désir presque pathétique de plaire à leurs maîtres flamingants et avides d’obtenir quelques portefeuilles de ministre dans un gouvernement belge qui n’aurait plus rien à dire, le CDH, le PS et Ecolo ont capitulé sans conditions devant les exigences flamingantes. Selon la note Di Rupo, BHV serait scindé à tous les niveaux, la compensation minuscule étant le refinancement de Bruxelles (que les nationalistes flamands considèrent pourtant comme leur propre capitale !) ainsi qu’un droit d’inscription pour les Francophones autour de la capitale, où ils constituent une majorité de 60 à 85%. Evidemment, ces “droits acquis” passeraient à la trappe lors de la prochaine réforme de l’Etat, mais le CDH-PS-Ecolo, “les demandeurs de rien” d’hier, qui il y a quelques années juraient encore solennellement de ne jamais scinder une partie de la sécurité sociale (la note Di Rupo prévoit pourtant une scission des allocations familiales et de 15% des soins de santé) ne sont pas gênés par leur mémoire ni par une vision à long terme. Les habitants francophones des communes à facilités devraient “seulement” demander tous les six ans leurs documents en français. La vexation discriminatoire qui émane du racisme linguistique continuerait donc à exister, tout en étant un peu plus étalée dans le temps. D’autres « cacahuètes » que Di Rupo mettait sur table étaient une région métropolitaine autour de Bruxelles (dans la pratique il s’agirait d’une coquille vide) et une intervention possible de la Cour constitutionnelle ou de la chambre bilingue du Conseil d’Etat pour résoudre les problèmes concernant la nomination des bourgmestres en périphérie (actuellement il s’agit d’une compétence exclusive du gouvernement “flamand”, lisez de la secte flamingante).
LES « CACAHUETES » UNITARISTES
La note de Di Rupo prévoyait que la Convention-cadre pour la protection des minorités “pourrait” être ratifiée (tandis que l’Union Européenne exige sa ratification préalable à candidat-membre), que l’interdiction raciste des listes bilingues à Bruxelles pour les élections régionales (superflues par ailleurs) serait supprimée et qu’une circonscription fédérale serait instaurée (pour à peine dix députés sur 150). Après une énième capitulation de Di Rupo devant les exigences des nationalistes flamands le 21 juillet 2011 (y a-t-il une date plus cynique pour cela ?) ces trois thèmes ont été être écartés au moins provisoirement de l’agenda des négociations.
C’était le prix que le socialiste était prêt à payer pour négocier avec le crypto-séparatiste Wouter Beke, mais sans Bart De Wever de la N-VA, l’héritier néo-fasciste de la collaboration. A ces fins, le PS, soutenu par ses partis satellites, est prêt à sacrifier son propre électorat dans la périphérie bruxelloise (150.000 francophones) et à mettre en danger l’avenir de l’Etat belge car BHV constitue le dernier pont multilingue dans la Belgique (con)fédéralisée. Ceux qui sont prêts aujourd’hui de scinder BHV, sont ceux qui ont scindé la province du Brabant hier et qui scinderont la sécurité sociale demain avant de scinder la Belgique après-demain.
Les négociateurs placent cette évolution dans la rubrique hypocrite de la “modernisation” du fédéralisme. En réalité, il s’agit d’un retour à la féodalité. A tout le moins, les politiciens devraient avoir le courage de le dire, tout comme ils devraient d’urgence expliquer combien les nouvelles scissions vont encore coûter. Le coût de l’administration en Belgique est trop élevée, mais les politiciens ne font qu’empirer la situation comme des poules sans tête.
CONCLUSION
Le B.U.B. estime que ce spectacle répugnant – qui ressemble très fort à un coup d’Etat en cachette mené par les nationalistes flamands – doit être arrêté sur-le-champ. Tout cela n’a aucun sens: même pour la secte flamingante, cette destruction de l’Etat ne va pas assez loin. Au contraire: l’on nous prépare déjà la septième (et dernière) réforme de l’Etat, qui reviendrait en réalité à la formation de quelques nouveaux Etats. Il est évident que rien de positif ne pourra sortir de cette comédie pour les Belges. De plus, ce spectacle misérable est de toute façon voué à l’échec, si ce n’est que par le fait que le MR-FDF (le plus grand parti à BHV) n’acceptera jamais un accord qui abandonne les francophones en périphérie un an avant les élections communales.
Il n’est pas vrai qu’un échec de ces négociations pré-séparatistes mènera au chaos. Au contraire ! Même la N-VA, par la bouche de Siegfried Bracke, a déclaré le 6 septembre 2011 qu’elle ne souhaite pas d’élections anticipées parce que la situation tendue sur le plan financier et économique dans le monde ne permet pas une telle avonture. Les nationalistes flamands savent que si la Belgique fait faillite, la région flamande suivrait son sort, ce qui placerait la Belgique sous dictat européen et international.
Le chaos ne serait donc qu’une victoire à la Pyrrhus pour les nationalistes flamands. Si l’on souhaite quand même poursuivre les négociations, les partis francophones doivent exiger, sous la houlette bien-veillante de Maingain et du FDF, l’élargissement de la région bruxelloise et de la communauté française à une partie substantielle de BHV comme condition préalable à la poursuite des négociations. Ce n’est pas le souhait du B.U.B., mais nous sommes excédés de ce cirque. La secte flamingante a déjà obtenu beaucoup trop.
Finalement , la Belgique doit redevenir unitaire et bilingue, sur la base des neuf provinces historiques, ce qui implique la réunification du Brabant. Si nécessaire, un référendum ou une consultation populaire pourra être organisé à ce sujet. Toutes les autres solutions ne mèneront à rien.
