DE KONING GEDRAAGT ZICH ALS HINDENBURG-LE ROI SE COMPORTE COMME HINDENBURG

DE KONING GEDRAAGT ZICH ALS HINDENBURG

Sinds de zware institutionele crisis van 2007 blijft de Koning der Belgen maar hameren op staatshervorming in de verkeerde richting, namelijk één die België nog verder verzwakt ten voordele van de deelgebieden. In zijn 21-juli-toespraak van 2009 herhaalde Hij weer eens de noodzaak van een staatshervorming om de gewesten en gemeenschappen meer bevoegdheden te geven. Daarmee bedreigt hij niet alleen zijn eigen functie, maar ook het land zelf. Het doet denken aan de Duitse president Hindenburg die uit zwakheid ongeoorloofde toegevingen deed aan Adolf Hitler in de jaren 30 van de 20ste eeuw.

De geschiedenis van toen in Duitsland mag zich vandaag in België niet herhalen. De barbaarse Vlaams- en Waals-nationalismen verdienen geen enkele toegeving meer. België werd al genoeg verzwakt door de opeenvolgende anti-Belgische staatshervormingen. De Koning heeft echter gelijk wanneer hij stelt dat België een staatshervorming nodig heeft, maar dan wel één die alle vorige ongedaan maakt. Nochtans bedoelde Hij het niet zo, wat de B.U.B. erg betreurt.

Bovendien zondigt zijn toespraak over de institutionele kwestie door een fundamentele contradictie. Hij zegt dat de deelgebieden weliswaar meer bevoegdheden moeten krijgen, maar ook dat er niet geraakt mag worden aan de federale sociale zekerheid en dat het federale niveau efficiënt moet zijn en over de nodige werkingsmiddelen moet beschikken. Het is echter het één of het ander. In België zijn zowat alle economische, culturele en milieubevoegdheden op taalbasis gesplitst, dus we zien echt niet in wat er nog meer zou kunnen gesplitst worden om de kleine minderheden van flaminganten en wallinganten te plezieren indien de sociale zekerheid federaal moet blijven. Evenzeer kan het federale niveau niet versterkt worden als men tegelijkertijd de deelgebieden versterkt. Dat is een contradictio in terminis.

De Koning en heel België zullen een duidelijke keuze moeten maken tussen het opgeven van het land en dus de chaos, ja zelfs een burgeroorlog enerzijds, en het herstellen van de nationale eenheid door de creatie van een nieuw unitair België op basis van 9 provincies anderzijds. Een middenweg bestaat niet omdat het taalfederalisme nooit gediend heeft om België te redden, maar om het kapot te maken. Het is daar ook in grote mate in geslaagd.

Misschien werd de Koning door de particratische nationalisten gedwongen om zulk een ongepaste en anti-Belgische uitspraak te doen. Krachtens artikel 106 van de Belgische grondwet mag de Koning immers geen toespraak houden zonder dat een federaal regeringslid ze voorafgaandelijk goedkeurt. Maar het blijft vreemd voor een Koning die gezworen heeft het land ongeschonden te bewaren.

LE ROI SE COMPORTE COMME HINDENBURG

Depuis la lourde crise institutionnelle de 2007, le Roi des Belges continue à insister sur une réforme de l’Etat dans la mauvaise direction, c’est-à-dire une qui affaiblit la Belgique encore davantage au profit des entités fédérées. Dans son allocution du 21 juillet 2009, Il a répété la nécessité d’une réforme de l’Etat qui donne plus de compétences aux communautés et régions. Ainsi, il ne menace pas seulement sa propre fonction, mais aussi le pays lui-même. Cela nous fait penser au président allemand Hindenburg qui par faiblesse faisait des concessions inacceptables à Adolf Hitler dans les années 30 du 20ième siècle.

L’histoire allemande d’antan ne peut se répéter en Belgique aujourd’hui. Les nationalistes flamands et wallons ne méritent plus aucune concession. La Belgique a déjà été suffisamment affaiblie par les réformes de l’Etat subséquentes. Le Roi a pourtant raison lorsqu’Il affirme que la Belgique a besoin d’une réforme de l’Etat, mais alors bien une qui efface toutes les précédentes ! Néanmoins, ce n’est pas ce qu’Il a dit et le B.U.B. le regrette profondément.

En outre, son discours sur la question institutionnelle pêche par une contradiction fondamentale. Il déclare que les entités fédérées doivent disposer de plus de compétences, mais aussi que l’on ne peut toucher à la sécurité sociale fédérale et que le niveau fédéral doit être efficace et qu’il doit disposer de moyens de fonctionnement suffisants. Il faudra cependant choisir. En Belgique, quasiment toutes les compétences économiques, culturelles et environnementales sont scindées sur base linguistique, donc nous ne voyons pas ce qui pourrait être scindé en plus pour faire plaisir aux petites minorités de flamingants et de wallingants dans la mesure où la sécurité sociale doit rester fédérale. Par ailleurs, le niveau fédéral ne peut être renforcé si l’on accorde en même temps plus de compétences aux entités fédérées. Il s’agit d’une contradiction in terminis.

Le Roi ainsi que toute la Belgique devront faire un choix clair entre l’abandon du pays, et donc le chaos, voire la guerre civile d’une part, et le rétablissement de l’unité nationale par la création d’une nouvelle Belgique unitaire sur la base de 9 provinces d’autre part. La voie du milieu n’existe pas parce que le fédéralisme linguistique n’a jamais servi à sauver la Belgique, mais à le détruire. Il y a d’ailleurs réussi dans une large mesure.

Peut-être que le Roi a été forcé par les nationalistes particrates à tenir des propos tellement incongrus. En effet, en vertu de l’article 106 de la Constitution belge, le Roi ne peut prononcer aucun discours sans l’aval préalable d’un membre du gouvernement fédéral. Toutefois, cela reste étrange de la part d’un Souverain qui a juré de maintenir l’intégrité de la Belgique.