LE POUVOIR CORROMPT. LE POUVOIR ABSOLU CORROMPT ABSOLUMENT.
Comme une pieuvre, la particratie (composée du SP.a, PS, VLD, MR, CD&V, CDH, Groen, Ecolo, N-VA, Vlaams Belang et Défi) est présente à tous les échelons de l’Etat, c’est-à-dire au niveau fédéral, régional, communautaire, provincial, communal, dans les CPAS, les intercommunales et de nombreuses agences et organismes publics plus ou moins indépendants.
Rien qu’en région ‘flamande’, il y aurait en 2017 au moins 76 agences et organismes indépendants qui compteraient dans leurs rangs environ 350 mandataires politiques dont les rémunérations atteindraient jusqu’à 29.000 € par an. Le fait que ces institutions n’ont été « découvertes » qu’en 2017, après de nombreuses années d’existence, prouve que la particratie a tenté de cacher ce gaspillage à la population.
La particratie est donc présente partout où la politique peut s’infiltrer, c’est-à-dire où il y a des deniers publics (donc de nous, le contribuable) en jeu : de la Loterie nationale jusqu’au CPAS du village. Toutefois, la particratie n’est pas là, à quelques exceptions près, pour gérer ces institutions ou pour les contrôler, mais pour s’enrichir. C’est dire que ces institutions, pour autant qu’elles soient utiles, peuvent aussi être gérées sans politiciens.
Il ne faut en effet pas se tromper. Il y a des politiciens qui cumulent 10, 20, 30, voire 40 jusqu’à 50 postes, dont certains sont rémunérés, mais personne n’a assez de temps dans une vie pour vraiment s’occuper de tous ces postes. Plusieurs politiciens gagnent grâce à ces cumuls 100.000, 200.000, voire 300.000 € par an. Il se défendent en disant qu’ils doivent travailler dur, mais c’est un mensonge. Ils ne sont pas payés pour travailler. Souvent, ils n’ont d’ailleurs aucune compétence spécifique, mais ils sont bien payés à cause de leurs contacts, de leur influence. Là, la corruption n’est évidemment pas très loin. Mais il y a davantage : la gestion par la particratie n’a pas beaucoup d’importance pour être réélu. Les particrates sont entourés par suffisamment d’autres particrates et par des collaborateurs, souvent plus compétents qu’eux, de sorte que les citoyens ne sachent pas de quoi ces particrates s’occupent réellement. Cela ne peut donc pas être sur base de leur gestion que les particrates sont réélus, mais sur base de leur visibilité dans les médias et dans la rue ainsi que sur base du soutien qu’ils reçoivent de leur parti politique qui place ses candidats sur la liste électorale.
L’omniprésence de la particratie dans l’appareil étatique lui assure la mainmise sur l’Etat et ses élections, ce qui lui permet sa réélection. Les élections en Belgique ne sont donc officielles qu’en apparence parce qu’en réalité, ce sont les élections organisées par et pour la particratie. Cette situation est très étonnante et choquante vu que la Constitution belge ne mentionne pas les partis politiques, qui sont des clubs privés dont certains, c’est-à-dire ceux qui ont des élus dans les parlements, sont financés par l’argent public et largement médiatisés au détriment des partis émergents.
C’est l’effet pervers de la particratie : non seulement, elle leurre la population sur son importance et ses compétences, mais aussi rend-elle la bonne gestion du pays superflue. Puisque la particratie contrôle toutes les manettes de l’Etat, une gestion médiocre suffit pour se maintenir au pouvoir, surtout vu l’absence d’accès aux médias des nouveaux partis.
DE MACHT CORRUMPEERT. DE ABSOLUTE MACHT CORRUMPEERT ABSOLUUT.
Als een octopus spreidt de particratie (bestaande uit de SP.a, PS, VLD, MR, CD&V, CDH, Groen, Ecolo, N-VA, Vlaams Belang en Défi) haar tentakels uit over alle beleidsniveaus van de staat, met name het federale, gewestelijke, communautaire, provinciale en gemeentelijke niveau, alsook de OCMW’s, de intercommunales en een veelvoud aan agentschappen en openbare instellingen die min of meer onafhankelijk zijn.
Alleen al in het « Vlaams » gewest zouden er in 2017 minstens 76 agentschappen en instellingen bestaan die ongeveer 350 politieke mandatarissen in hun rangen hebben waarvan de vergoedingen tot 29.000 € per jaar oplopen. Het feit dat deze instellingen pas in 2017, na jarenlang te hebben bestaan, « ontdekt » werden, bewijst dat de particratie deze verspilling voor de bevolking heeft willen verbergen.
De particratie is dus overal waar de politiek kan infiltreren, beter gezegd : waar er openbare middelen (dus van ons, de belastingbetaler) aanwezig zijn. Van de Nationale Loterij tot het OCMW van het dorp. Nochtans besturen of controleren de particraten – enkele uitzonderingen daargelaten – deze instellingen niet echt, maar gebruiken ze ze om zich te verrijken. Dit betekent dat die instellingen, in zoverre ze nuttig zijn, ook zonder politici beheerd kunnen worden.
Men moet zich immers niet vergissen. Er bestaan politici die 10, 20, 30, ja zelfs 40 tot 50 mandaten cumuleren, waarvan sommige vergoed worden. Nochtans heeft niemand in een mensenleven genoeg tijd om zich echt met al die mandaten bezig te houden. Vele politici verdienen dankzij de cumuls 100.000, 200.000, zelfs 300.000 € per jaar. Ze verdedigen zich dan door te zeggen hoe hard ze er moeten voor werken, maar dat is een leugen. Ze worden niet betaald om te werken. Soms hebben ze trouwens geen enkele specifieke bevoegdheid, maar worden ze goed betaald omwille van hun contacten en hun invloed. De corruptie is dan niet ver meer af. Maar er is meer : het bestuur door de particraten speelt niet zo’n grote rol om herkozen te worden. De particraten worden omringd door genoeg andere particraten en medewerkers, vaak bekwamer dan hen, zodat de burgers niet weten met wat de particraten in werkelijkheid bezig zijn. Het is derhalve niet op basis van hun bestuur dat de particraten herverkozen worden, maar wel op grond van hun aanwezigheid in de media en op straat alsook door de steun die ze van hun politieke partij, die de kandidaten op de verkiezingslijst zet, ontvangen.
De alomtegenwoordigheid van de particratie in het staatsapparaat verzekert haar de controle over de staat en zijn verkiezingen, wat haar toelaat herverkozen te worden. De verkiezingen in België lijken dan ook alleen maar officieel te zijn want in werkelijkheid zijn het verkiezingen die door en voor de particratie georganiseerd zijn. Deze toestand is zeer verwonderlijk en schokkerend aangezien de Belgische grondwet geen politieke partijen vermeld, die privé-clubs zijn, waarvan sommige, d.w.z. zij die verkozenen in de parlementen hebben, met publieke middelen gefinancierd worden en veel media-aandacht krijgen ten nadele van de opkomende partijen.
Dat is het perverse effect van de particratie : niet alleen misleidt ze de bevolking omtrent haar belang en bevoegdheden, maar ook maakt ze een goed bestuur van het land overbodig. Aangezien de particratie alle touwtjes van de staat in handen heeft, is een middelmatig bestuur voldoende om aan de macht te blijven, zeker wegens het gebrek aan media-aandacht van de nieuwe partijen.